Bijzonderheden |
De eekhoorn wordt ook vaak gewone- of rode eekhoorn genoemd. Het is een echte boomacrobaat. Maar op de grond kunnen ze ook goed uit de voeten en zelfs in het water al zwemmend. De meest voorkomende vachtkleur varieert van rood(oranje) tot kastanje- of donkerbruin met een witte buikzijde. Eekhoorns vallen op door hun grote pluimstaart, gepluimde oren [vooral in de winter opvallend], grote ogen en lange tenen met lange, scherpe nagels.
De eekhoorn is 20 tot 25 cm. lang en weegt 250 tot 400 gram. De borstelige pluimstaart is 14 tot 20 cm. lang. Het is een omnivoor, die tot de knaagdieren behoort. Het mannetje en vrouwtje zijn vrijwel even groot en hebben territoriale leefgebieden die elkaar wel kunnen overlappen. Ze worden 3 tot 7 jaar. Het vrouwtje kan 2 maal per jaar jongen krijgen, meestal 2 tot 5, kaal en blind. De paartijd is vooral van januari tot maart, waarna de jongen tussen maart en mei geboren worden.
Het voedsel bestaat voornamelijk uit zaden en vruchten, maar ook wordt wel klein dierlijk voedsel, zoals eieren en zelfs jonge vogels, genuttigd. Aan vraatsporen kunnen we vaak zien of het van een eekhoorn is. Vinden we afgeknaagde dennenappels, waarvan nog slechts de spil met een pluimpje van schubben op de top over is, terwijl de afgerukte schubben her en der verspreid liggen, dan is dat zeker het werk van een eekhoorn.
Het is een echt dagdier en houdt ook geen winterslaap, in de winter gaan ze voornamelijk ’s ochtends op zoek naar voedsel. Is het te koud dan kunnen ze best wel even wachten tot betere tijden en blijven dan in hun nest met als deken hun pluimstaart. Als het weer het toelaat gaan ze naar de plekken waar ze hun wintervoorraad verstopt hebben, zoals in de grond en in holletjes in de bomen. Vijanden heeft het zoogdiertje ook, zoals de boommarter: zijn doodsvijand. Bij een achtervolging door de boommarter springen ze boven uit de kruin van de boom, waarbij de brede waaierstaart als parachute en roer dienstdoet. Ongedeerd komen ze op de grond. De boommarter die in zijn felle jachtdrift ook de sprong gewaagd heeft, blijft enige tijd versuft liggen. Van deze omstandigheid maakt de eekhoorn dankbaar gebruik om een veilig heenkomen te zoeken. Maar of de boommarter ook de Gorsselse Heide als woongebied of foerageergebied gebruikt, is de vraag.
Rode (gewone) eekhoornHet vaakst wordt de eekhoorn op onze Gorsselse Heide in het wat oudere bos in de omgeving rond het Luteaven gesignaleerd.
|